Column: Een boek, een boek!

Lang geleden had ik een droom: Ooit een boek schrijven. Zo'n vijf jaar geleden besloot ik me daar eindelijk aan te wagen. Ik startte een weblog waar ik regelmatig een column op plaatste en ongeveer gelijktijdig begon ik te schrijven aan een roman, een roman die heel langzaam vorm kreeg.

Dat schrijven eigenlijk een raar iets is, werd pijnlijk duidelijk in de vragen die ik kreeg: 'Ja maar zit je dan gewoon een heel boek te schrijven en daar al je tijd in te steken, zonder te weten of het ooit wordt uitgegeven?' Eh... ja dus. Ook als vrienden vroegen waar het over ging en ik begon uit te leggen en mezelf hoorde praten, dacht ik regelmatig: 'Oké, Iris. Kappen. Dit wordt nooit wat. Je kunt het niet eens aan je vrienden verkopen, laat staan aan een uitgever.'

Maar ik hield vol. En ondertussen is er dus iets wat ik zelf al een hele poos weet en dat ik nu, ja nu, eindelijk en voor altijd over het internet mag gillen – wat maar goed is ook want als ik nog langer wacht ontplof ik of broed ik spontaan een ei uit en dat geeft allemaal maar troep en daar zit niemand op te wachten dus daar gaan we:


IK HEB EEN BOEK GESCHREVEN EN DAT WORDT UITGEGEVEN EN SORRY DAT IK ZO SCHREEUW!


De reden dat ik het niet eerder kon vertellen was voornamelijk omdat ik wilde wachten tot het officieel was, met een contract en zo. En verder zat ik te wachten tot het nieuws een beetje tot me was doorgedrongen. Dat is tot op heden nog niet gebeurd trouwens maar ja, je kunt het niet eeuwig uitstellen. Het is zo lullig als je ouders op een dag bij je op bezoek komen en zeggen: 'Zo raar gisteren! Waren we bij Van Pierre, zagen we daar een boek van jou liggen.'

Maar het is nu dus officieel. In 2016 debuteer ik bij The House of Books. The House of Books, die van die te gek gave boeken die iedereen kent, zoals de Shopaholic!-reeks van mijn grote heldin Sophie Kinsella, die met de übercoole covers en de superkwaliteitsboeken, die dus. Daar sta ik straks tussen, warmpjes op een boekenplankje tussen Sophie Kinsella en Chantal van Gastel, wat zullen wij het gezellig gaan hebben samen. Maar echt... The House of Books! The fokking House of fokking Books! Het was altijd mijn nummer één uitgever waarvan ik hoopte dat als het ooit zo mocht zijn dat ik mijn roman zou afkrijgen, ik hem goed genoeg zou vinden om op te sturen en er dan ééntje was die hem zou accepteren, het deze zou zijn. Ik had alleen nooit verwacht dat die droom zou uitkomen.

Ik kreeg veel vragen de laatste tijd. Leuke vragen, dat wel, maar ook vaak dezelfde. Daarom hieronder wat antwoorden op FAQ-jes:

Hoe heet je boek?

'Scoop!' Het is de werktitel die ik er zelf aan gegeven heb en die de uitgever besloot over te nemen. Het verhaal speelt zich deels af op de redactie van een mediaconcern.

Is het een kinderboek?

Opvallend vaak krijg ik deze vraag. Veel mensen lijken te denken dat het schrijven van kinderboeken veel gemakkelijker is dan literatuur voor volwassenen en ook dat ik nooit tot dat laatste in staat zou zijn. (Ik ben niet boos, slechts verbaasd...) Scoop! is geen kinderboek maar een roman voor volwassenen en een behoorlijk dikke zelfs (140.000 woorden). Het genre dat de uitgever wil aanhouden is 'literaire feelgood'.  Zelf heb ik het heel lang een (stoere) chicklit genoemd. Het is in elk geval een boek met een wat ingewikkelder plot en veel vaart en humor.

Waar gaat het eigenlijk over?

Ik wil nog niet te veel weggeven, maar kort gezegd gaat het over een twintiger die zichzelf in de nesten heeft gewerkt vanwege een leugentje om bestwil dat steeds dramatischere vormen aanneemt.

Is het autobiografisch?

Grappig dat dit vaak een van de eerste vragen is die mensen stellen. Het verhaal is niet autobiografisch. Ik vind het leuk om een verhaal helemaal zelf op te zetten en daar mijn fantasie op los te laten. Her en der zit er een kleine anekdote in die ik ooit zelf heb meegemaakt, maar zoiets lijkt me onvermijdelijk.

Wanneer ligt het in de winkel?

Ongeveer mei 2016.

Waarom duurt dat zo lang?

Voornamelijk omdat uitgevers ver vooruit plannen en werken. Lang voordat het boek in de winkels ligt verschijnt het al in de catalogi voor boekhandels en pers. Dit moet goed worden voorbereid. De marketing moet worden uitgedacht en het boek moet perfect worden afgeleverd, zonder spel-, type- en drukfouten en mét een prachtige cover. Of zoals we in Brabant zeggen: Goei werk hèt tiet neudig. En tiet, daar heb ik... – nou ja, laat maar.

En Iris, hoe heb je dat nu voor elkaar gekregen?

Het antwoord hierop is gruwelijk saai en het best te vangen in een nog saaiere quote: Good things come to people who work their asses off and never give up.

Nu weet ik dat ik bij velen van jullie niet de indruk wek dat ik hard werk, maar geloof me: allemaal schijn. Ik schreef het boek naast mijn gezin, kantoorbaan en huishouden en voornamelijk in de avonduren; het moment bij uitstek om lekker op de bank te ploffen en geen klap meer uit te voeren.

Natuurlijk, ik zat ook weleens (WELEENS!) op Facebook en Twitter en Pinterest en Google+ zo, maar daar deed ik ook inspiratie op en zo, hoor... Echt!

Het verhaal is geschreven, herschreven, het plot is omgegooid, opnieuw omgegooid, ik heb geluisterd naar proeflezers maar evenzovaak hun adviezen genegeerd omdat ik eigenwijs was, en ik zou willen dat ik kon zeggen dat er vele afwijzingen aan vooraf zijn gegaan, maar nee. Mijn kont eraf werken en niet opgeven bleken uiteindelijk toch de weg.

Ben je nu eindelijk klaar met je geschrijf?

Nee. De uitgever besloot om wonderlijke redenen die ik alleen toe kan schrijven aan mijn uitzonderlijk goed opgebouwde karma door regelmatig oudjes te helpen met oversteken, hard te werken op een saai kantoor en aardig te zijn tegen ambtenaren, dat ik nog minstens een kans op een  tweede en een derde boek verdien. Daar heb ik althans voor getekend. Sterker nog: Het tweede boek staat al heel voorzichtig in de steigers.

Nu word je beroemd en rijk en zit je straks bij DWDD en dan wil je me niet meer kennen!

Yeah. Sure. Van boeken schrijven word je allesbehalve rijk en ik blijf dus ook gewoon op kantoor werken. Verder ga ik niet beroemd worden en hahahahahaha, al helemaal niet bij DWDD uitgenodigd worden – Ik heb trouwens cameravrees. En als ik je niet meer wil kennen dan vond ik je waarschijnlijk gewoon nooit aardig. :p

En nu gebleken is dat dromen kunnen uitkomen, ga ik gelijk door met keihard geloven in mijn volgende: Dat Tom Smith me ten huwelijk vraagt. Dat het zowel hem als mijn man niet kan schelen dat ik al getrouwd ben en dat we het supergezellig gaan hebben met zijn drietjes. Dat ik elke ochtend koffie en chocolade op bed krijg terwijl Tom zingt van 'You're my own papillon' en zo. Het kan! Ik geloof erin. Zie ik jullie op onze bruiloft? Ik ga voor de herfst van 2017, in gebroken wit.

Nieuwste artikelen

  • Als ik je morgen weer zie – Robbie Couch

  • De rivalen – Vi Keeland

  • De gebroeders Maxilari - David Pefko

  • Beers balkon - Jeroen Berkhout

  • Italopop - Vanja van der Leeden

Gerelateerde artikelen

  • De 10 populairste chicklit schrijfsters

  • Lucinda Riley kondigt De zeven zussen deel 7 aan

  • GEZOCHT: Chicklit.nl zoekt stagiaire!

  • Winnen: 3x Liever verliefd van Sophie Kinsella

  • De beste zomerboeken in 2021

Zoek in artikelen