Mooi debuut! RECENSIE

Je zit gelijk in het verhaal, anno 1791, een apotheek in hartje Londen. Op een van de eerste bladzijde staat een oude apothekers eed en het is heel bijzonder hoe de schrijfster het jaar 1791 beschrijft; de indeling van de apotheek, de spullen en brouwsels, perkamentpapier, rangen en standen, pen en inktpot en het straatbeeld van toen in Londen. Het is heel beeldend beschreven en je ziet het echt voor je.

Het boek bestaat uit een fijne afwisseling van twee tijdlijnen van heden en verleden en drie krachtige vrouwen in de hoofdrol. De schrijfstijl is vlot en tijdens het lezen ben je benieuwd hoe de verhalen dichter bij elkaar komen. Soms gebruikte de schrijfster een voor mij onbekend woord maar die heb ik even opgezocht en ze pasten ook echt bij het verhaal.

Je maakt kennis met Nella en Eliza in 1791. Nella is apothekeres, ze heeft de zaak van haar moeder overgenomen en haar zaak is een goede dekmantel. De jonge Eliza is door haar ouders naar de grote stad gestuurd om als wijs en leergierig 12-jarig meisje werk te zoeken als bediende.

In de huidige tijd volg je Caroline, een Amerikaanse, die samen met haar man hun tienjarig huwelijk zouden vieren in Londen maar vlak voor vertrek ontdekt ze dat haar man vreemd is gegaan dus besluit ze alleen naar Londen te vertrekken. Ze doet mee aan een middagje rivier jutten en dan vindt ze een fiool, een oud medicijnflesje. Ze probeert de herkomst van dit flesje te achterhalen en krijgt hierbij hulp van Gaynor, de dochter van de rivier jutter.

Je krijgt een goede inkijk in zowel het leven van Nella als Caroline en je voelt dat Caroline echt iets gaat ontdekken!

De tijdlijn van het boek is maar 1 week tot 10 dagen maar het voelt veel langer.

Het is een zeer mooi debuut van deze schrijfster en mocht ze nog een volgend boek schrijven, dan zou ik deze zeker willen lezen!